Afscheid van the Outback
Een laatste uitstapje vandaag. Om het af te leren, zeg maar. We hadden geen overdreven druk programma, ook geen check-out tijd om rekening mee te houden, want we blijven op deze camping. En dat was maar goed ook. Want wat is het heet hier… En dat begint zodra de zon haar oogjes open doet. Nu maken we geen gewoonte van opstaan voor zonsopgang, dus toen we vanmorgen wakker werden was het al tropisch warm. Dus versnelling lager en alles op het gemakje. No worries, mate, relax. We begrijpen steeds beter waar dat vandaan komt.
Uitstapje dus. We hadden van onze goede vriendin Ann begrepen dat de West MacDonnell ranges een bezoekje waard zijn. Met name twee natuurwonderen, Stanley Chasm en Simpsons Gap. En laten die nu op redelijke afstand van Alice liggen. Zodoende de camper weer rijklaar gemaakt en op pad. En dat was fijn. Even de stad uit en nog een laatste keer met onze camper the Outback in. Het is weliswaar niet ver, maar toch buiten de stad. En zoals Martijn gisteren al aanhaalde, zodra je de stad uitrijdt zit je weer midden in de woestijn. Midden in dat prachtige landschap. In the middle of nowhere. Binnen enkele kilometers voel je je weer bijna alleen op de wereld. Een enkele tegenligger, en gewoontegetrouw, zoals het hoort in the Outback, groet je deze. Dat hoort zo. In the Outback steek je je hand op naar tegenliggers. Fijn..
We zijn eerst naar Stanley Chasm gereden, dat schijnt namelijk om 12:00 uur het mooist te zijn. We hadden ons tempo aangepast aan de temperatuur, dus dat gingen we precies halen. Een korte wandeling bracht ons bij het natuurschoon. Een smalle kloof, van rood gesteente, waar om 12:00 uur de zon recht boven staat. En op sprookjesachtige wijze het zonlicht op de wanden van de kloof laat schijnen. Adembenemend. We hebben geprobeerd dit vast te leggen, maar we hebben inmiddels geaccepteerd dat de gevoelige plaat nog altijd niet zo gevoelig is voor natuurschoon als het menselijk oog. Zodoende hebben we onze eigen ogen vooral de kost gegeven. En een babbeltje gemaakt met twee Australische bezoekers. Fijne mensen.
Daarna door naar Simpsons Gap, wat dichter in de buurt van Alice. Simpsons Gap is onderdeel van de West MacDonnell ranges. En de West MacDonnell ranges is een rotsformatie die smal is en lang, heel lang. Ik ken de exacte maten niet, maar honderden kilometers lang. En daar kun je wandelen. Het wandelen hebben we achterwege gelaten. Het is te warm. En de lijven beginnen moe te worden, en te lijden onder de hitte. Zodoende een kort wandelingetje naar Simpsons Gap, wat eigenlijk een bron is, tussen de rotsen. Er hoort ook een rivier te liggen, maar deze ligt droog, zoals zoveel rivieren in de omgeving. Het bezorgde ons nog wel een mooi plaatje (zie foto’s), want hier zagen we een bord dat ons zwemmen verbood, daar waar geen water te bekennen was.. De bron, laat ik het zo noemen, was mooi. Heel vredig, en de thuishaven voor vele dieren. Dat advies hadden we ook gekregen, luister goed naar de geluiden, van de vele dieren die hun thuis vinden bij Simpsons Gap. En het was een kakafonie van dierengeluiden. En hoog op de rotsen werden we bespied door een enkele rotswallaby.
Het was prettig om nog even een laatste uitstapje te maken. Want we zijn er inmiddels wel achter dat we het meest genieten van ‘op pad zijn’, mooie plekken ontdekken, wandelen in de natuur. Het geeft zo’n heerlijke rust. Weinig afleiding, je zintuigen het werk laten doen. En dat maakt dat we alweer allerlei plannen gemaakt hebben. En goede voornemens. Het spaarpotje is even op en laat niet toe om verre reizen te plannen. Maar waarom zou je dat willen, als er in Nederland nog zoveel te ontdekken is. En we weten hoe we onze vrije tijd graag invullen. En dat kan prima in Nederland. We gaan kijken of we tweedehands een leuke tent op de kop kunnen tikken. En dan gaan we tripjes in eigen land plannen. Als het weer het toelaat met de tent, en anders in een hotelletje. En ooit hopen we ons eigen rammelbakkie te hebben, want het reizen in een camper is ons uitstekend bevallen. We zullen ons tijdelijke huisje met gemengde gevoelens inleveren overmorgen.
En nu? Nu doen we het nog even lekker rustig aan. Het blijft vakantie. We hebben net zeker een half uur naar twee kangaroes zitten kijken, die in grote vertwijfeling waren of ze de oversteek van 30 meter naar een grasveldje durfden te maken. Uiteindelijk zijn ze omgekeerd en terug gehopt naar de rotsen. Het was te druk op de camping. Arme schatten, het gras zag er zo lekker groen uit..
Een laatste uitstapje vandaag. Om het af te leren, zeg maar. We hadden geen overdreven druk programma, ook geen check-out tijd om rekening mee te houden, want we blijven op deze camping. En dat was maar goed ook. Want wat is het heet hier… En dat begint zodra de zon haar oogjes open doet. Nu maken we geen gewoonte van opstaan voor zonsopgang, dus toen we vanmorgen wakker werden was het al tropisch warm. Dus versnelling lager en alles op het gemakje. No worries, mate, relax. We begrijpen steeds beter waar dat vandaan komt.
Uitstapje dus. We hadden van onze goede vriendin Ann begrepen dat de West MacDonnell ranges een bezoekje waard zijn. Met name twee natuurwonderen, Stanley Chasm en Simpsons Gap. En laten die nu op redelijke afstand van Alice liggen. Zodoende de camper weer rijklaar gemaakt en op pad. En dat was fijn. Even de stad uit en nog een laatste keer met onze camper the Outback in. Het is weliswaar niet ver, maar toch buiten de stad. En zoals Martijn gisteren al aanhaalde, zodra je de stad uitrijdt zit je weer midden in de woestijn. Midden in dat prachtige landschap. In the middle of nowhere. Binnen enkele kilometers voel je je weer bijna alleen op de wereld. Een enkele tegenligger, en gewoontegetrouw, zoals het hoort in the Outback, groet je deze. Dat hoort zo. In the Outback steek je je hand op naar tegenliggers. Fijn..
We zijn eerst naar Stanley Chasm gereden, dat schijnt namelijk om 12:00 uur het mooist te zijn. We hadden ons tempo aangepast aan de temperatuur, dus dat gingen we precies halen. Een korte wandeling bracht ons bij het natuurschoon. Een smalle kloof, van rood gesteente, waar om 12:00 uur de zon recht boven staat. En op sprookjesachtige wijze het zonlicht op de wanden van de kloof laat schijnen. Adembenemend. We hebben geprobeerd dit vast te leggen, maar we hebben inmiddels geaccepteerd dat de gevoelige plaat nog altijd niet zo gevoelig is voor natuurschoon als het menselijk oog. Zodoende hebben we onze eigen ogen vooral de kost gegeven. En een babbeltje gemaakt met twee Australische bezoekers. Fijne mensen.
Daarna door naar Simpsons Gap, wat dichter in de buurt van Alice. Simpsons Gap is onderdeel van de West MacDonnell ranges. En de West MacDonnell ranges is een rotsformatie die smal is en lang, heel lang. Ik ken de exacte maten niet, maar honderden kilometers lang. En daar kun je wandelen. Het wandelen hebben we achterwege gelaten. Het is te warm. En de lijven beginnen moe te worden, en te lijden onder de hitte. Zodoende een kort wandelingetje naar Simpsons Gap, wat eigenlijk een bron is, tussen de rotsen. Er hoort ook een rivier te liggen, maar deze ligt droog, zoals zoveel rivieren in de omgeving. Het bezorgde ons nog wel een mooi plaatje (zie foto’s), want hier zagen we een bord dat ons zwemmen verbood, daar waar geen water te bekennen was.. De bron, laat ik het zo noemen, was mooi. Heel vredig, en de thuishaven voor vele dieren. Dat advies hadden we ook gekregen, luister goed naar de geluiden, van de vele dieren die hun thuis vinden bij Simpsons Gap. En het was een kakafonie van dierengeluiden. En hoog op de rotsen werden we bespied door een enkele rotswallaby.
Het was prettig om nog even een laatste uitstapje te maken. Want we zijn er inmiddels wel achter dat we het meest genieten van ‘op pad zijn’, mooie plekken ontdekken, wandelen in de natuur. Het geeft zo’n heerlijke rust. Weinig afleiding, je zintuigen het werk laten doen. En dat maakt dat we alweer allerlei plannen gemaakt hebben. En goede voornemens. Het spaarpotje is even op en laat niet toe om verre reizen te plannen. Maar waarom zou je dat willen, als er in Nederland nog zoveel te ontdekken is. En we weten hoe we onze vrije tijd graag invullen. En dat kan prima in Nederland. We gaan kijken of we tweedehands een leuke tent op de kop kunnen tikken. En dan gaan we tripjes in eigen land plannen. Als het weer het toelaat met de tent, en anders in een hotelletje. En ooit hopen we ons eigen rammelbakkie te hebben, want het reizen in een camper is ons uitstekend bevallen. We zullen ons tijdelijke huisje met gemengde gevoelens inleveren overmorgen.
En nu? Nu doen we het nog even lekker rustig aan. Het blijft vakantie. We hebben net zeker een half uur naar twee kangaroes zitten kijken, die in grote vertwijfeling waren of ze de oversteek van 30 meter naar een grasveldje durfden te maken. Uiteindelijk zijn ze omgekeerd en terug gehopt naar de rotsen. Het was te druk op de camping. Arme schatten, het gras zag er zo lekker groen uit..
Hoi Nico en Martijn,
wat een mooie reis is het geweest, geweldig. Ik zie je over tripjes in eigen land schrijven, houd maar op. Bij thuiskomst wacht jullie windkracht 7 en erg veel regen, dus dan zullen jullie nog met weemoed terugdenken aan de australische lente. Goede reis terug en tot woensdag!
Diederik & Femke
Hmmm, klinkt weer helemaal goed. Wish we were there (^_^)
Veilige thuisreis!
Amanda&Wim