Category Archives: Reisverslagen

Spetterend einde

Gisteravond hebben we tot laat op het strand gezeten. Lekker voetjes in het zand, ons verbazend hoe het hier nooit afkoelt. Glaasje wijn erbij. En mijmeren over onze vakantie. Uiteindelijk is dat onvermijdbaar; het beschouwen, terugkijken, maar ook vooruit kijken naar de thuiskomst en de heerlijke feestmaand die voor ons ligt. Die we heerlijk met vrienden en familie gaan vieren. Onze conclusie? Het was fantastisch, en aan al het goede komt een eind. En dat is prima.
Onze vakantie had wel een knallend einde nodig. Ons verblijf aan de oostkust was fijn dusver, maar al die rust en ontspannenheid leek de vakantie uit te laten gaan als een nachtkaars. Heel rustig, heel fijn, en daarmee ook in redelijke tegenstelling tot de rest van onze enerverende, ondernemende, spannende vakantie. En dat knallende einde, dat gebeurde gisteren. Onze trip naar the Great Barrier Reef. Wat een belevenis! Wat onvergetelijk bijzonder, en vooral bijzonder mooi. En daarmee was de vakantie ‘af’. Zo concludeerde Martijn gisteren toen we op het strand zaten. En ik ben het helemaal met hem eens. Het is af. We hebben er nu vrede mee om vrijdagochtend om 06:30 onze voeten weer op Nederlandse bodem te zetten. En onze lieve mama’s te zien zwaaien aan de andere kant van het glas..
De afgelopen dagen in vogelvlucht. We hebben een prima vlucht gehad van Alice naar Cairns. Bij aankomst voelden we direct het verschil. Vooral qua temperatuur. Het is hier wellicht ietjes minder warm dan in the Red Centre, toch voelt het hier tropisch. En dat heeft met het tweede verschil te maken: water. Overvloed! En dat is gek als je lange tijd in dor, droog landschap geweest bent. Het zorgt ook voor een drukkende benauwdheid, hoge luchtvochtigheid. En dat heeft invloed op het energieniveau. Dat merk je, alles gaat hier nog een versnelling lager. “No worries mate, relax”… Daar gaan we gewillig in mee. In ons resort in Palm Cove. Palm Cove behoort tot the northern beaches van Cairns. Al deze strandplaatsjes hebben een eigen dorpje gevormd, en wij zijn de gelukkigen om in Palm Cove te verblijven. Prachtig plaatsje. Heel idylisch, heel luxe opgezet. Toen we hier zondagavond aankwamen zijn we gaan eten, en Martijn straalde van oor tot oor. We hadden heerlijk gedoucht, in ons appartement, en schoon en knap aangekleed zaten we in een luxe restaurant te genieten van verfijnd eten. We voelden ons net een prinsje en prinsesje 😉 Het is hier prima vertoeven. Lekker langs de boulevard slenteren, aan het zwembad liggen. Boekje lezen, spelletje doen, lekker eten. Zalig!
Toch wilden we nog wat actiefs ondernemen. Zoals onze vakantie was, hoorde deze afgesloten te worden. En dat werd een excursie naar the Great Barrier Reef. Een natuurwonder dat iedereen wel van naam en de plaatjes kent. Een prachtig rif, langs de oostkust van Australië. Met de mooiste koraalriffen, vissen, onderwaterplanten. We zijn hier nu, dus laten we het er nog maar een keer van nemen. Zodoende de excursie geboekt. Vroeg ons bed uit gisteren, wachtend op de bus. Die bracht ons langs een prachtige kustlijn naar Port Douglas. Hier gingen we aan boord van een enorme boot. Een boot vol blije toeristen en fijn personeel. En deze bracht ons in een tocht van anderhalf uur naar een ponton (soort platform) dobberend in het Outer Reef. Door dit ponton hadden we veel bewegingsvrijheid (de boot was al royaal). We konden allerlei extra excursies boeken, maar dat hebben we niet gedaan. Het bewonderen van het rif, daar heb je namelijk maar 2 dingen voor nodig: je ogen en een beetje moed. We begonnen met een tochtje in een soort onderwaterboot. Prachtig ding. Een smal bootje, waar een constructie onder hangt van glas, met bankjes. Zodra iedereen zit gaat het bootje varen. En kun je het leven onder water bewonderen. Het lijkt overigens wel ineens windkracht 12, als je in dat glazen huisje zit. Hihi, wat een gewiebel. De mevrouw voor ons, was binnen anderhalve minuut weer boven (zo groen als zeewier). Wel een unieke mogelijkheid om het leven onder water te bekijken. Vissen te over. En prachtige onderwaterplanten. In alle kleuren!  Onbeschrijflijk.
Na een lekkere lunch hebben we afgesproken dat we zouden ‘proberen te snorkelen’. Zet Martijn bij een zwembad neer en hij verandert regelrecht in een waterrat. Maar een zwembad is overzichtelijk en heeft een bereikbare bodem. En the Great Barrier Reef is geen zwembad. En daar houdt hij niet zo van. Maar, we waren er nu toch, dus we gingen het proberen. Pak aan, vinnen ondergebonden, bril op en snorkel in paraatheid. Het water in. Een bijzondere ervaring. Want zodra je je hoofd onder water stopt merk je dat je door een dun buisje moet ademen, je ziet de bodem ongeveer 10 meter onder je, en om je heen zwemmen vissen. Geen onschuldige goudvisjes, maar hele bijzondere, mooie, en vooral ook grote vissen. Best veel indrukken ineens. Martijn besloot het hierbij te laten. Helaas… Ik besloot toch wat verder te snorkelen, om de mooiste plaatjes voorbij te zien trekken. En me aan mijn benen te laten trekken. Door een of andere idioot, dacht ik nog. Een idioot met een groot geel zwemvest. Het was geen idioot, het was mijn eigen, lieve snorkelkoning. Martijn had ontdekt dat het met zwemvest prima ging. Dus toch op pad met zijn tweetjes. En ik denk dat deze belevenissen ook tussen ons tweetjes blijven. Niet dat we het niet willen delen, maar dat kan gewoon niet. Wat je daar onder water ziet, is niet te beschrijven. Zo mooi. En soms ook een beetje eng trouwens. De crew van de excursie gingen op den duur vissen voeren. Dat heeft tot gevolg dat de vissen een beetje bij de snorkelplaats rondhangen. Groot! Niet normaal. Er zwom een vis, een ronde vis, ondefinieerbare kleuren blauw en groen, en die was wel een meter (diameter). Heel onschuldig, vertelde de vissenvoeder me. Jaja..
Na een heerlijke middag snorkelen gingen we weer richting Port Douglas. Moe, maar voldaan. Heel voldaan. Omdat we al dit moois hadden mogen zien. Omdat we blij waren dat het snorkelen ‘gelukt’ was. En omdat we toen waarschijnlijk wisten dat dit het perfecte einde van onze vakantie was.
Gisteravond hebben we tot laat op het strand gezeten. Lekker voetjes in het zand, ons verbazend hoe het hier nooit afkoelt. Glaasje wijn erbij. En mijmeren over onze vakantie. Uiteindelijk is dat onvermijdbaar; het beschouwen, terugkijken, maar ook vooruit kijken naar de thuiskomst en de heerlijke feestmaand die voor ons ligt. Die we heerlijk met vrienden en familie gaan vieren. Onze conclusie? Het was fantastisch, en aan al het goede komt een eind. En dat is prima.
Onze vakantie had wel een knallend einde nodig. Ons verblijf aan de oostkust was fijn dusver, maar al die rust en ontspannenheid leek de vakantie uit te laten gaan als een nachtkaars. Heel rustig, heel fijn, en daarmee ook in redelijke tegenstelling tot de rest van onze enerverende, ondernemende, spannende vakantie. En dat knallende einde, dat gebeurde gisteren. Onze trip naar the Great Barrier Reef. Wat een belevenis! Wat onvergetelijk bijzonder, en vooral bijzonder mooi. En daarmee was de vakantie ‘af’. Zo concludeerde Martijn gisteren toen we op het strand zaten. En ik ben het helemaal met hem eens. Het is af. We hebben er nu vrede mee om vrijdagochtend om 06:30 onze voeten weer op Nederlandse bodem te zetten. En onze lieve mama’s te zien zwaaien aan de andere kant van het glas..
De afgelopen dagen in vogelvlucht. We hebben een prima vlucht gehad van Alice naar Cairns. Bij aankomst voelden we direct het verschil. Vooral qua temperatuur. Het is hier wellicht ietjes minder warm dan in the Red Centre, toch voelt het hier tropisch. En dat heeft met het tweede verschil te maken: water. Overvloed! En dat is gek als je lange tijd in dor, droog landschap geweest bent. Het zorgt ook voor een drukkende benauwdheid, hoge luchtvochtigheid. En dat heeft invloed op het energieniveau. Dat merk je, alles gaat hier nog een versnelling lager. “No worries mate, relax”… Daar gaan we gewillig in mee. In ons resort in Palm Cove. Palm Cove behoort tot the northern beaches van Cairns. Al deze strandplaatsjes hebben een eigen dorpje gevormd, en wij zijn de gelukkigen om in Palm Cove te verblijven. Prachtig plaatsje. Heel idylisch, heel luxe opgezet. Toen we hier zondagavond aankwamen zijn we gaan eten, en Martijn straalde van oor tot oor. We hadden heerlijk gedoucht, in ons appartement, en schoon en knap aangekleed zaten we in een luxe restaurant te genieten van verfijnd eten. We voelden ons net een prinsje en prinsesje 😉 Het is hier prima vertoeven. Lekker langs de boulevard slenteren, aan het zwembad liggen. Boekje lezen, spelletje doen, lekker eten. Zalig!
Toch wilden we nog wat actiefs ondernemen. Zoals onze vakantie was, hoorde deze afgesloten te worden. En dat werd een excursie naar the Great Barrier Reef. Een natuurwonder dat iedereen wel van naam en de plaatjes kent. Een prachtig rif, langs de oostkust van Australië. Met de mooiste koraalriffen, vissen, onderwaterplanten. We zijn hier nu, dus laten we het er nog maar een keer van nemen. Zodoende de excursie geboekt. Vroeg ons bed uit gisteren, wachtend op de bus. Die bracht ons langs een prachtige kustlijn naar Port Douglas. Hier gingen we aan boord van een enorme boot. Een boot vol blije toeristen en fijn personeel. En deze bracht ons in een tocht van anderhalf uur naar een ponton (soort platform) dobberend in het Outer Reef. Door dit ponton hadden we veel bewegingsvrijheid (de boot was al royaal). We konden allerlei extra excursies boeken, maar dat hebben we niet gedaan. Het bewonderen van het rif, daar heb je namelijk maar 2 dingen voor nodig: je ogen en een beetje moed. We begonnen met een tochtje in een soort onderwaterboot. Prachtig ding. Een smal bootje, waar een constructie onder hangt van glas, met bankjes. Zodra iedereen zit gaat het bootje varen. En kun je het leven onder water bewonderen. Het lijkt overigens wel ineens windkracht 12, als je in dat glazen huisje zit. Hihi, wat een gewiebel. De mevrouw voor ons, was binnen anderhalve minuut weer boven (zo groen als zeewier). Wel een unieke mogelijkheid om het leven onder water te bekijken. Vissen te over. En prachtige onderwaterplanten. In alle kleuren!  Onbeschrijflijk.
Na een lekkere lunch hebben we afgesproken dat we zouden ‘proberen te snorkelen’. Zet Martijn bij een zwembad neer en hij verandert regelrecht in een waterrat. Maar een zwembad is overzichtelijk en heeft een bereikbare bodem. En the Great Barrier Reef is geen zwembad. En daar houdt hij niet zo van. Maar, we waren er nu toch, dus we gingen het proberen. Pak aan, vinnen ondergebonden, bril op en snorkel in paraatheid. Het water in. Een bijzondere ervaring. Want zodra je je hoofd onder water stopt merk je dat je door een dun buisje moet ademen, je ziet de bodem ongeveer 10 meter onder je, en om je heen zwemmen vissen. Geen onschuldige goudvisjes, maar hele bijzondere, mooie, en vooral ook grote vissen. Best veel indrukken ineens. Martijn besloot het hierbij te laten. Helaas… Ik besloot toch wat verder te snorkelen, om de mooiste plaatjes voorbij te zien trekken. En me aan mijn benen te laten trekken. Door een of andere idioot, dacht ik nog. Een idioot met een groot geel zwemvest. Het was geen idioot, het was mijn eigen, lieve snorkelkoning. Martijn had ontdekt dat het met zwemvest prima ging. Dus toch op pad met zijn tweetjes. En ik denk dat deze belevenissen ook tussen ons tweetjes blijven. Niet dat we het niet willen delen, maar dat kan gewoon niet. Wat je daar onder water ziet, is niet te beschrijven. Zo mooi. En soms ook een beetje eng trouwens. De crew van de excursie gingen op den duur vissen voeren. Dat heeft tot gevolg dat de vissen een beetje bij de snorkelplaats rondhangen. Groot! Niet normaal. Er zwom een vis, een ronde vis, ondefinieerbare kleuren blauw en groen, en die was wel een meter (diameter). Heel onschuldig, vertelde de vissenvoeder me. Jaja..
Na een heerlijke middag snorkelen gingen we weer richting Port Douglas. Moe, maar voldaan. Heel voldaan. Omdat we al dit moois hadden mogen zien. Omdat we blij waren dat het snorkelen ‘gelukt’ was. En omdat we toen waarschijnlijk wisten dat dit het perfecte einde van onze vakantie was.

Great Barrier Reef

Even een kort stukje. We zijn in Palm Cove, vlakbij Cairns, en vlakbij het Great Barrier Reef. Vandaag hebben we een excursie gedaan, naar het Great Barrier Reef. Het was diep in de buidel tasten, maar het was het meer dan waard. Wat prachtig daar, zowel boven als onder water.

We hebben gesnorkeld, in een ‘onderzeeboot’ gezeten, en heerlijk genoten. Zoveel kleuren, mooie vissen, en het rif zelf ziet er heel bijzonder uit. Foto’s en het complete verhaal komen waarschijnlijk morgen.

Overigens hebben we ook net ingecheckt voor het eerste deel van de terugreis, tot Hong Kong… Aan al het goede komt een einde. Maar morgen hebben we nog een hele dag, de laatste hele dag Australie…. voorlopig!

G’day!

Rammelbak ingeleverd

We zitten op het vliegveld van Alice, te wachten op onze vlucht… al een paar uur. Niet dat er vertraging is, maar de tijd die we ingepland hadden vanochtend om de camper in te leveren was iets te ruim. Het inleveren was een fluitje van een cent. Geen vragen over de verloren watertankdop, het feit dat we geen schade hadden en de benzinetank vol was, was voldoende.

De taxirit naar het vliegveld was wel een belevenis. Denis, de chauffeur, praatte erg graag en veel. Zeer vermakelijk, wijze levenslessen en hij kondigde aan dat hij een boek gaat schrijven. We houden ‘m in de gaten.

En dan de koffers… Gezamenlijk 1 kilo overgewicht! Viel dat even mee. Kosten: 10 dollar, ware het niet dat de man bij ‘de kassa’ niet erg onder de indruk was, en die 10 dollar discreet maar overtuigend Nicoliens kant weer opschoof. No worries! Kortom: we hebben alle vertrouwen dat we alles meekrijgen zonder (al te veel) bij te betalen.

Nog even over gisteren: de didgeridoo show was erg leuk. Leuk in elkaar gezet, we mochten zelf ook meedoen en uiteindelijk heb ik, nog voor mijn verjaardag, een mooie didge gekregen van Nicolien. Met een beetje mazzel is ‘ie er voor kerst :-). Nu alvast goed de oefeningen doen!

We zijn nog 4 nachten in Palm Cove, ten noorden van Cairns. Er staat in ieder geval nog een excursie op ons plan, en dat is een bezoekje aan het Great Barrier Reef. Wat we verder gaan doen weten we nog niet, maar het weer wordt goed, we hebben niet voor niets badhanddoeken en ieder 3 boeken mee en er is een zwembad (vanwege kwallen wordt zwemmen in zee afgeraden). Ben benieuwd!

G’day!

Afscheid van the Outback

Afscheid van the Outback
Een laatste uitstapje vandaag. Om het af te leren, zeg maar. We hadden geen overdreven druk programma, ook geen check-out tijd om rekening mee te houden, want we blijven op deze camping. En dat was maar goed ook. Want wat is het heet hier… En dat begint zodra de zon haar oogjes open doet. Nu maken we geen gewoonte van opstaan voor zonsopgang, dus toen we vanmorgen wakker werden was het al tropisch warm. Dus versnelling lager en alles op het gemakje. No worries, mate, relax. We begrijpen steeds beter waar dat vandaan komt.
Uitstapje dus. We hadden van onze goede vriendin Ann begrepen dat de West MacDonnell ranges een bezoekje waard zijn. Met name twee natuurwonderen, Stanley Chasm en Simpsons Gap. En laten die nu op redelijke afstand van Alice liggen. Zodoende de camper weer rijklaar gemaakt en op pad. En dat was fijn. Even de stad uit en nog een laatste keer met onze camper the Outback in. Het is weliswaar niet ver, maar toch buiten de stad. En zoals Martijn gisteren al aanhaalde, zodra je de stad uitrijdt zit je weer midden in de woestijn. Midden in dat prachtige landschap. In the middle of nowhere. Binnen enkele kilometers voel je je weer bijna alleen op de wereld. Een enkele tegenligger, en gewoontegetrouw, zoals het hoort in the Outback, groet je deze. Dat hoort zo. In the Outback steek je je hand op naar tegenliggers. Fijn..
We zijn eerst naar Stanley Chasm gereden, dat schijnt namelijk om 12:00 uur het mooist te zijn. We hadden ons tempo aangepast aan de temperatuur, dus dat gingen we precies halen. Een korte wandeling bracht ons bij het natuurschoon. Een smalle kloof, van rood gesteente, waar om 12:00 uur de zon recht boven staat. En op sprookjesachtige wijze het zonlicht op de wanden van de kloof laat schijnen. Adembenemend. We hebben geprobeerd dit vast te leggen, maar we hebben inmiddels geaccepteerd dat de gevoelige plaat nog altijd niet zo gevoelig is voor natuurschoon als het menselijk oog. Zodoende hebben we onze eigen ogen vooral de kost gegeven. En een babbeltje gemaakt met twee Australische bezoekers. Fijne mensen.
Daarna door naar Simpsons Gap, wat dichter in de buurt van Alice. Simpsons Gap is onderdeel van de West MacDonnell ranges. En de West MacDonnell ranges is een rotsformatie die smal is en lang, heel lang. Ik ken de exacte maten niet, maar honderden kilometers lang. En daar kun je wandelen. Het wandelen hebben we achterwege gelaten. Het is te warm. En de lijven beginnen moe te worden, en te lijden onder de hitte. Zodoende een kort wandelingetje naar Simpsons Gap, wat eigenlijk een bron is, tussen de rotsen. Er hoort ook een rivier te liggen, maar deze ligt droog, zoals zoveel rivieren in de omgeving. Het bezorgde ons nog wel een mooi plaatje (zie foto’s), want hier zagen we een bord dat ons zwemmen verbood, daar waar geen water te bekennen was.. De bron, laat ik het zo noemen, was mooi. Heel vredig, en de thuishaven voor vele dieren. Dat advies hadden we ook gekregen, luister goed naar de geluiden, van de vele dieren die hun thuis vinden bij Simpsons Gap. En het was een kakafonie van dierengeluiden. En hoog op de rotsen werden we bespied door een enkele rotswallaby.
Het was prettig om nog even een laatste uitstapje te maken. Want we zijn er inmiddels wel achter dat we het meest genieten van ‘op pad zijn’, mooie plekken ontdekken, wandelen in de natuur. Het geeft zo’n heerlijke rust. Weinig afleiding, je zintuigen het werk laten doen. En dat maakt dat we alweer allerlei plannen gemaakt hebben. En goede voornemens. Het spaarpotje is even op en laat niet toe om verre reizen te plannen. Maar waarom zou je dat willen, als er in Nederland nog zoveel te ontdekken is. En we weten hoe we onze vrije tijd graag invullen. En dat kan prima in Nederland. We gaan kijken of we tweedehands een leuke tent op de kop kunnen tikken. En dan gaan we tripjes in eigen land plannen. Als het weer het toelaat met de tent, en anders in een hotelletje. En ooit hopen we ons eigen rammelbakkie te hebben, want het reizen in een camper is ons uitstekend bevallen. We zullen ons tijdelijke huisje met gemengde gevoelens inleveren overmorgen.
En nu? Nu doen we het nog even lekker rustig aan. Het blijft vakantie. We hebben net zeker een half uur naar twee kangaroes zitten kijken, die in grote vertwijfeling waren of ze de oversteek van 30 meter naar een grasveldje durfden te maken. Uiteindelijk zijn ze omgekeerd en terug gehopt naar de rotsen. Het was te druk op de camping. Arme schatten, het gras zag er zo lekker groen uit..
Een laatste uitstapje vandaag. Om het af te leren, zeg maar. We hadden geen overdreven druk programma, ook geen check-out tijd om rekening mee te houden, want we blijven op deze camping. En dat was maar goed ook. Want wat is het heet hier… En dat begint zodra de zon haar oogjes open doet. Nu maken we geen gewoonte van opstaan voor zonsopgang, dus toen we vanmorgen wakker werden was het al tropisch warm. Dus versnelling lager en alles op het gemakje. No worries, mate, relax. We begrijpen steeds beter waar dat vandaan komt.
Uitstapje dus. We hadden van onze goede vriendin Ann begrepen dat de West MacDonnell ranges een bezoekje waard zijn. Met name twee natuurwonderen, Stanley Chasm en Simpsons Gap. En laten die nu op redelijke afstand van Alice liggen. Zodoende de camper weer rijklaar gemaakt en op pad. En dat was fijn. Even de stad uit en nog een laatste keer met onze camper the Outback in. Het is weliswaar niet ver, maar toch buiten de stad. En zoals Martijn gisteren al aanhaalde, zodra je de stad uitrijdt zit je weer midden in de woestijn. Midden in dat prachtige landschap. In the middle of nowhere. Binnen enkele kilometers voel je je weer bijna alleen op de wereld. Een enkele tegenligger, en gewoontegetrouw, zoals het hoort in the Outback, groet je deze. Dat hoort zo. In the Outback steek je je hand op naar tegenliggers. Fijn..
We zijn eerst naar Stanley Chasm gereden, dat schijnt namelijk om 12:00 uur het mooist te zijn. We hadden ons tempo aangepast aan de temperatuur, dus dat gingen we precies halen. Een korte wandeling bracht ons bij het natuurschoon. Een smalle kloof, van rood gesteente, waar om 12:00 uur de zon recht boven staat. En op sprookjesachtige wijze het zonlicht op de wanden van de kloof laat schijnen. Adembenemend. We hebben geprobeerd dit vast te leggen, maar we hebben inmiddels geaccepteerd dat de gevoelige plaat nog altijd niet zo gevoelig is voor natuurschoon als het menselijk oog. Zodoende hebben we onze eigen ogen vooral de kost gegeven. En een babbeltje gemaakt met twee Australische bezoekers. Fijne mensen.
Daarna door naar Simpsons Gap, wat dichter in de buurt van Alice. Simpsons Gap is onderdeel van de West MacDonnell ranges. En de West MacDonnell ranges is een rotsformatie die smal is en lang, heel lang. Ik ken de exacte maten niet, maar honderden kilometers lang. En daar kun je wandelen. Het wandelen hebben we achterwege gelaten. Het is te warm. En de lijven beginnen moe te worden, en te lijden onder de hitte. Zodoende een kort wandelingetje naar Simpsons Gap, wat eigenlijk een bron is, tussen de rotsen. Er hoort ook een rivier te liggen, maar deze ligt droog, zoals zoveel rivieren in de omgeving. Het bezorgde ons nog wel een mooi plaatje (zie foto’s), want hier zagen we een bord dat ons zwemmen verbood, daar waar geen water te bekennen was.. De bron, laat ik het zo noemen, was mooi. Heel vredig, en de thuishaven voor vele dieren. Dat advies hadden we ook gekregen, luister goed naar de geluiden, van de vele dieren die hun thuis vinden bij Simpsons Gap. En het was een kakafonie van dierengeluiden. En hoog op de rotsen werden we bespied door een enkele rotswallaby.
Het was prettig om nog even een laatste uitstapje te maken. Want we zijn er inmiddels wel achter dat we het meest genieten van ‘op pad zijn’, mooie plekken ontdekken, wandelen in de natuur. Het geeft zo’n heerlijke rust. Weinig afleiding, je zintuigen het werk laten doen. En dat maakt dat we alweer allerlei plannen gemaakt hebben. En goede voornemens. Het spaarpotje is even op en laat niet toe om verre reizen te plannen. Maar waarom zou je dat willen, als er in Nederland nog zoveel te ontdekken is. En we weten hoe we onze vrije tijd graag invullen. En dat kan prima in Nederland. We gaan kijken of we tweedehands een leuke tent op de kop kunnen tikken. En dan gaan we tripjes in eigen land plannen. Als het weer het toelaat met de tent, en anders in een hotelletje. En ooit hopen we ons eigen rammelbakkie te hebben, want het reizen in een camper is ons uitstekend bevallen. We zullen ons tijdelijke huisje met gemengde gevoelens inleveren overmorgen.
En nu? Nu doen we het nog even lekker rustig aan. Het blijft vakantie. We hebben net zeker een half uur naar twee kangaroes zitten kijken, die in grote vertwijfeling waren of ze de oversteek van 30 meter naar een grasveldje durfden te maken. Uiteindelijk zijn ze omgekeerd en terug gehopt naar de rotsen. Het was te druk op de camping. Arme schatten, het gras zag er zo lekker groen uit..

Trillende lippen

Trillende lippen
Vandaag de eerste hele dag in Alice Springs, of zoals door de Australiërs liefkozend ‘Alice’ genoemd. Een bijzondere stad, zo midden in de Red Centre. Als je 10 km een willekeurige kant op rijdt dan ben je weer midden in de woestijn, en dan getuigt niets van de relatieve drukte in Alice. Alhoewel, drukte… Zoals Nicolien al gisteren vertelde zijn hier veel Aboriginals. En die maken zich niet zo druk, uitzonderingen daargelaten. Laat ik beginnen met een voorbehoud: er zijn zeker Aboriginals die een zinnige dagbesteding hebben, werken, verzorgd rondlopen en niet meer overlast veroorzaken dan jij en ik. Echter: het merendeel dat wij zien ligt op het gras in de schaduw, of slentert doelloos in het rond. En maken zich, zo naar het schijnt, dus niet druk. Het geeft ons een wat ongemakkelijk gevoel, omdat we niet weten wat we van dit gedrag kunnen verwachten. En het roept ook vele vragen op. Hoe dan ook: het is het beeld van de stad, en als je daar langs kijkt dan is Alice Springs best leuk en gezellig.
In Alice (laat ik ook maar Alice zeggen) heeft Flying Doctors een post zitten, inclusief visitors centre. We zijn daar vanochtend naartoe gegaan en hebben een hele interessante film gezien, een mooi museum en een korte presentatie van een van de vrijwilligsters. Het werk van de Flying Doctors is van levensbelang voor de mensen die in de Outback leven. Vanuit Alice bestrijken ze een gebied van 1200 km doorsnede. Met vliegtuigen, maar ook telefonisch leveren ze medische diensten aan de Australiërs en de mensen die de Outback bezoeken. De Flying Doctors zijn voor veel bewoners ook de huisarts, maar ze kunnen ook levensreddende hulp leveren. In het filmpje werd duidelijk dat dat nog niet gemakkelijk is in de Outback. Als een vliegtuig in het donker op een landingsbaan moet landen, dan moet deze verlicht worden. Het gebrek aan elektriciteit in deze gebieden maakt dat de landingsbaan met vuurpotten verlicht wordt. Overigens is een deel van Stuart Highway, de snelweg die van Adelaide naar Darwin loopt en die wij ook gereden hebben, ook in gebruik als landingsbaan. Als deze nodig is, dan moet een lokale vrijwilliger ervoor zorgen dat dit stuk snelweg afgezet wordt. Kortom: het is even wat anders dan even naar de EHBO. Het is mooi werk lijkt ons, de bewoners zijn de Flying Doctors zeer dankbaar. Misschien een mooie combi voor de lezers van onze site met een medische achtergrond (Amanda, Joris, Jan K, Erik, Denise, Marleen, Ralf, collega’s van Nicolien, …) en Peter (alvast gefeliciteerd trouwens)? Overigens verbazingwekkend dat de overheid alleen financiële steun geeft voor de medewerkers. Alle apparatuur, inclusief de vliegtuigen, moeten door donaties bij elkaar gespaard worden. Wij hebben ons steentje bijgedragen.
Na dit leuke en interessante bezoek zijn we wat door de winkelstraat van Alice gelopen. We hebben de nodige souvenirs gekocht, wat geluncht en de tijd een beetje gedood. We wilden namelijk om 14:30 meedoen met de didgeridoo workshop. En zo geschiedde. Allebei met een didge, een plastic bordje eronder (om het speeksel van beginners op te vangen dachten we) en vol verwachting wachtten we de instructies af. En het is heel simpel: gewoon een beetje trillen met je lippen en wat geluidjes maken. Maar dat is de theorie. De praktijk is wat lastiger, maar het is ons gelukt! Binnen 30 minuten kregen we geluid uit de houten paal. Het vergt nog wat meer oefening om er verschillende tonen uit te krijgen, en wellicht dat we thuis verder gaan. Maar de basis is gelegd! Het moeilijke zal zijn om zogenaamd circulair te ademen: tegelijkertijd inademen door je neus en uitademen door je mond. Dat is les 4, we hebben nu les 1 en 2 gehad. Zaterdag gaan we een didgeridoo-show bijwonen hier, wordt erg leuk denken we. We zijn op de camping (als de buren er niet zijn) al hevig aan het oefenen… prrrt, prrrt!
We hebben nog twee dagen hier in Alice, voordat we zondag onze rammelbak gaan inleveren. Morgen gaan we naar de West MacDonnell ranges, o.a. Simpsons Gap en Standley Chasm bezoeken. Die zijn het mooist in de middag, alleen is het dan ook het heetst van de dag. Vandaag was het 36 graden hier, dus dat houdt ook voor morgen in dat we goed moeten smeren en veel water moeten drinken. Zaterdag zullen we een begin moeten maken met het pakken van de koffers voor de vlucht van zondag naar Cairns. Dat wordt nog even puzzelen, aangezien we meer mee terug willen nemen dan we heen in onze koffers hadden. We hebben al even gekeken naar het opsturen van bepaalde dingen naar huis, maar dat is een dure aangelegenheid. We hopen dat we niet aangeslagen gaan worden voor overgewicht (van de koffers dan, hè…).
See you later!
Vandaag de eerste hele dag in Alice Springs, of zoals door de Australiërs liefkozend ‘Alice’ genoemd. Een bijzondere stad, zo midden in de Red Centre. Als je 10 km een willekeurige kant op rijdt dan ben je weer midden in de woestijn, en dan getuigt niets van de relatieve drukte in Alice. Alhoewel, drukte… Zoals Nicolien al gisteren vertelde zijn hier veel Aboriginals. En die maken zich niet zo druk, uitzonderingen daargelaten. Laat ik beginnen met een voorbehoud: er zijn zeker Aboriginals die een zinnige dagbesteding hebben, werken, verzorgd rondlopen en niet meer overlast veroorzaken dan jij en ik. Echter: het merendeel dat wij zien ligt op het gras in de schaduw, of slentert doelloos in het rond. En maken zich, zo naar het schijnt, dus niet druk. Het geeft ons een wat ongemakkelijk gevoel, omdat we niet weten wat we van dit gedrag kunnen verwachten. En het roept ook vele vragen op. Hoe dan ook: het is het beeld van de stad, en als je daar langs kijkt dan is Alice Springs best leuk en gezellig.
In Alice (laat ik ook maar Alice zeggen) heeft Flying Doctors een post zitten, inclusief visitors centre. We zijn daar vanochtend naartoe gegaan en hebben een hele interessante film gezien, een mooi museum en een korte presentatie van een van de vrijwilligsters. Het werk van de Flying Doctors is van levensbelang voor de mensen die in de Outback leven. Vanuit Alice bestrijken ze een gebied van 1200 km doorsnede. Met vliegtuigen, maar ook telefonisch leveren ze medische diensten aan de Australiërs en de mensen die de Outback bezoeken. De Flying Doctors zijn voor veel bewoners ook de huisarts, maar ze kunnen ook levensreddende hulp leveren. In het filmpje werd duidelijk dat dat nog niet gemakkelijk is in de Outback. Als een vliegtuig in het donker op een landingsbaan moet landen, dan moet deze verlicht worden. Het gebrek aan elektriciteit in deze gebieden maakt dat de landingsbaan met vuurpotten verlicht wordt. Overigens is een deel van Stuart Highway, de snelweg die van Adelaide naar Darwin loopt en die wij ook gereden hebben, ook in gebruik als landingsbaan. Als deze nodig is, dan moet een lokale vrijwilliger ervoor zorgen dat dit stuk snelweg afgezet wordt. Kortom: het is even wat anders dan even naar de EHBO. Het is mooi werk lijkt ons, de bewoners zijn de Flying Doctors zeer dankbaar. Misschien een mooie combi voor de lezers van onze site met een medische achtergrond (Amanda, Joris, Jan K, Erik, Denise, Marleen, Ralf, collega’s van Nicolien, …) en Peter (alvast gefeliciteerd trouwens)? Overigens verbazingwekkend dat de overheid alleen financiële steun geeft voor de medewerkers. Alle apparatuur, inclusief de vliegtuigen, moeten door donaties bij elkaar gespaard worden. Wij hebben ons steentje bijgedragen.
Na dit leuke en interessante bezoek zijn we wat door de winkelstraat van Alice gelopen. We hebben de nodige souvenirs gekocht, wat geluncht en de tijd een beetje gedood. We wilden namelijk om 14:30 meedoen met de didgeridoo workshop. En zo geschiedde. Allebei met een didge, een plastic bordje eronder (om het speeksel van beginners op te vangen dachten we) en vol verwachting wachtten we de instructies af. En het is heel simpel: gewoon een beetje trillen met je lippen en wat geluidjes maken. Maar dat is de theorie. De praktijk is wat lastiger, maar het is ons gelukt! Binnen 30 minuten kregen we geluid uit de houten paal. Het vergt nog wat meer oefening om er verschillende tonen uit te krijgen, en wellicht dat we thuis verder gaan. Maar de basis is gelegd! Het moeilijke zal zijn om zogenaamd circulair te ademen: tegelijkertijd inademen door je neus en uitademen door je mond. Dat is les 4, we hebben nu les 1 en 2 gehad. Zaterdag gaan we een didgeridoo-show bijwonen hier, wordt erg leuk denken we. We zijn op de camping (als de buren er niet zijn) al hevig aan het oefenen… prrrt, prrrt!
We hebben nog twee dagen hier in Alice, voordat we zondag onze rammelbak gaan inleveren. Morgen gaan we naar de West MacDonnell ranges, o.a. Simpsons Gap en Standley Chasm bezoeken. Die zijn het mooist in de middag, alleen is het dan ook het heetst van de dag. Vandaag was het 36 graden hier, dus dat houdt ook voor morgen in dat we goed moeten smeren en veel water moeten drinken. Zaterdag zullen we een begin moeten maken met het pakken van de koffers voor de vlucht van zondag naar Cairns. Dat wordt nog even puzzelen, aangezien we meer mee terug willen nemen dan we heen in onze koffers hadden. We hebben al even gekeken naar het opsturen van bepaalde dingen naar huis, maar dat is een dure aangelegenheid. We hopen dat we niet aangeslagen gaan worden voor overgewicht (van de koffers dan, hè…).
See you later!